Aan mij de eer om deze nieuwe jaargang te openen en laat ik beginnen om iedereen een SPETTEREND NIEUWJAAR toe te wensen!

Zoals u ziet is ook het clubblad van NEA-Volharding millenniumproof en kunnen wij met z’n allen gaan genieten van de 27e jaargang. Er is niet zo heel veel kopij binnengekomen deze maand, daarom deze maand twee opgespaarde sportmedische artikelen van onze KNAU-bondsarts Els Stolk. De laatste publicatie van haar hand in ons clubblad dateert al weer uit mei (de overbelasting van de peesplaat onder de voet (‘fasciïtis plantaris' oftewel 'hielspoor’), weet u nog wel), daarom gaan we deze maand met z’n allen lezen over scheenbeenklachten en over de combinatie epilepsie en sportbeoefening.

Paul Hasselt reageert op het artikel van Daniël van Leeuwen van vorige maand, over het baangebruik tijdens de trainingen en dokter P. Appelemans heeft weer een verrassing voor u allen in petto: kijk maar snel naar de variant op koken met sterren! Daarnaast heeft iemand u en de redactie verblijd met de leukste moppen (althans een poging tot). Spontaan is het idee komen opborrelen om een jarenoude rubriek ‘Wist u dat?’ nieuw leven in te blazen, zodat iedereen zijn of haar roddels openlijk kwijt kan aan en over de hele NEA-familie. In ‘Als een Lopend Vuurtje’, naast een uitslag van de altijd actieve Arie Blom, de einduitslag van de NEA-Volharding loopcompetitie 1999.

En…. er zijn NEA-wintermutsen! Wit met blauw voor tegen de kou! Bestellen bij Rob van der Linden. Wees er snel bij, want deze ƒ11,- kostende mutsen zijn slechts in beperkte oplage verkrijgbaar!

Een nieuwe jaargang, een oud geluid: veel uitslagen, onder andere van de crosscompetitiewedstrijd van 20 november Castricum en de indoorwedstrijd bij Blauw-Wit die op dezelfde dag gehouden werd. Sylviane en Kees zijn de boodschappers voor de junioren deze maand. Dirk van Lier geeft in de Pupillenhoek informatie over de gewijzigde opzet van de pupillencompetitie. Tenslotte heeft ook onze dichter(es) weer toegeslagen op de inmiddels bijna vertrouwde plek: onder de vrijwilligers van de Technische Commissie, de plek waar vroeger de wedstrijdkalender stond. Deze maand het happy end van iemand met een niet-millenniumproof chip in zijn hoofd.

Zo, genoeg geleuterd in dit eerste clubblad van het derde millennium na de geboorte van Christus; laten we maar snel gaan lezen wat er allemaal in staat!

Groeten van Rudi.

Allereerst wil ik U een voorspoedig 2000 wensen, want als U dit leest is het memorabele jaar 2000 begonnen. Op het moment van schrijven is het echter nog net 1999 en "sieren" kerstbomen de Nederlandse kamers nog.

Zojuist heb ik in het Gezinsblad gelezen welke enorme uitdaging Veron Lust te wachten staat tijdens de jaarwisseling, te weten een 200 km. loop vanuit Amersfoort en dan via Amsterdam, Enkhuizen, Lelystad weer terug naar Amersfoort. Tijdens het afsteken van het vuurwerk zal ik even aan hem denken en ik hoop dat Veron dit stuk leest met een tevreden gevoel van een geslaagd experiment.

Met uitzondering van de diverse duurlopen en crossen en een enkele indoorwedstrijd is het rustig op het wedstrijdfront en is een ieder bezig weer voor te bereiden op het nieuwe seizoen. Uiteraard geldt dit ook op het bestuurlijke vlak en hebben we zojuist een ingelaste DB-vergadering afgerond.

Helaas kwamen we ook tot de conclusie dat we door het vervallen van de Silvesterloop geen echte nieuwjaarsreceptie-moment hebben en we hebben dit te laat onderkend, want op zo’n korte termijn kunnen we onvoldoende mensen bereiken, dus om een dergelijke fout in 2001 te voorkomen wil ik nu reeds melden dat we het voornemen hebben die nieuwjaarsreceptie te organiseren op

Zondag 8 januari 2001 tijd volgt

Tevens wil ik U melden dat de jaarvergadering zal plaatsvinden op maandag 20 maart 2000.

Wilt U deze datum alvast reserveren?

Ik wil afsluiten met een ieder een (vooral) GEZOND, SPORTIEF en VOORSPOEDIG 2000 !!!!!

Sportieve groet,

Jack Melis

Natuurlijk werden er deze maand vele verzoekjes bij jullie kookvriend ingediend. En zo ging dat dan ook deze maand. Een niet nader genoemd persoon, had aan jullie kookdokter gevraagd of deze geen receptje van de zeldzame zwarte truffel kon geven. Dus zo ging dokter P. Appelemans maar aan de slag. Waar ik dan al snel achter kwam was dat er minstens 200 verschillende soorten truffels zijn in meerdere of mindere mate familie van elkaar. De culinair interessante Europese soorten behoren tot het geslacht Tuber. Culinair, geografisch en qua uiterlijk vallen de Tubers uiteen in twee typen: de zwarte truffels, met een wrattige schil, en de witte, met een gladde schil. Kijk dat is natuurlijk leuk om te weten maar wat bak je er mee. De bekendste en culinair meest toegepaste truffel is de Tuber melanosporum ook wel de zwarte truffel genoemd. Nou wil het ook net zo wezen dat deze truffel voor de gemiddelde Neaxer natuurlijk zo goed als onbetaalbaar is en daarom besloot ik op zoek te gaan naar een goedkoop en even lekker alternatief. Dat is toch wel eventjes knap sociaal van mij hè mensen. Dus na heel veel gezoek, gevraag en geren kreeg ik ineens een heel bijzonder recept in handen. Dit recept wat ik met heel veel moeite en pijn te pakken heb gekregen presenteer ik nu aan jullie lieve clubbladlezers en ik hoop dan ook dat iedereen zal smikkelen en smullen van dit overheerlijke recept.

• 250 gram pure chocolade
• 50 gram boter (geen margarine)
• 50 gram poedersuiker
• 50 gram mascarponeroom (verkrijgbaar bij de Aldi)
• 175 gram geschaafde pure chocolade
• 40 gram cacaopoeder

Rasp de chocolade heel erg fijn met een schaaf of rasp. Klop in een kom de boter met de poedersuiker tot een schuimige massa. Klop nu de mascarpone- room erbij en roer ongeveer 3 minuten zeer krachtig. Voeg er 175 gram geraspte chocolade en het cacaopoeder bij. Vorm de stevige massa tot ovaaltjes en wentel die door de rest van het schaafsel pas wel op dat de ovaaltjes niet rond worden. Als je dit recept op de goede manier hebt uitgevoerd kun je lekker smikkelen en smullen.

Groeten en smakelijk eten! Dokter P. Appelemans

Deze brief schrijf ik namens iedereen die niet in de sprintploeg zit, maar het wel leuk vindt om te trainen. Sommige zullen nu vreemd kijken bij het woord "leuk". Dat het in combinatie gebruikt wordt met trainen. Maar er zijn mensen die niet alleen trainen om er zelf beter van te worden, maar ook voor de gezelligheid op de baan.

Uiteraard wordt de baan gebruikt door diverse groepen en soms misschien zelfs door te veel groepen. Dit kan leiden tot lichte irritaties, maar over het algemeen kan daar normaal over gesproken worden. Normaal over praten betekent niet schreeuwen over de baan en een beetje gefrustreerd in het rond lopen te jammeren, maar contact opnemen met de betreffende trainer of begeleider. Met name met jonge kinderen is het vaak beter om de trainer of de begeleider aan te spreken, dan zo’n klein kind te intimideren. Ik geef toe het laatste is makkelijker, maar geloof me minder efficiënt.

Daar komt bij dat als de één rekening dient te houden met de ander, dan dient de ander rekening te houden met de één. Een logische wisselwerking zou je denken, maar toch blijkt juist de sprintploeg, die zo’n mond vol heeft van baanindeling en wederzijdse acceptatie, hier de grootste problemen mee te hebben. Gelukkig niet allemaal, maar er zijn er een aantal die van mening zijn dat, omdat ze de snelste zijn ook het meeste recht hebben op de baan. Dit is dus niet waar. De baan is van iedereen en iedereen heeft daar net zoveel recht op als elk ander individu.

Tot slot nog even kort commentaar op het voorstel.

• Nooit meer wedstrijden op trainingsdagen organiseren, en anders ruim van te voren bekend maken.

Een beetje arrogant, waarom moet de vereniging toestemming vragen om hun eigen baan te mogen gebruiken. Overleg is goed maar de vereniging bepaalt uiteindelijk wat er op de baan gebeurt en dient het belang van alle atleten in het oog te houden niet het belang van een selecte groep sprinters.

• Als er ouders met kinderen op de baan zijn, moeten de ouders erop letten dat de kinderen niet zomaar de baan op rennen.

Sorry, maar die kinderen komen juist om op de baan te rennen. Ze zitten niet op atletiek om een potje te kaarten in de kantine.

• Als er getraind wordt dienen er duidelijke afspraken gemaakt te worden over het baangebruik.

Helemaal mee eens, maar afspraken maken doe je met twee partijen en niet in je eentje zodat de rest zich maar heeft te schikken.

• En tot slot, misschien wel het belangrijkste: als je op de baan loopt, kijk dan altijd om je heen.

Een zeer creatieve oplossing. M.a.w. als je aan het trainen bent, moet je continue om je heen kijken om te zien of de sprint ploeg komt aandenderen en dan zo snel mogelijk plaats maken. Tuurlijk, bij het oversteken van de baan is dat een goed streven, maar tijdens looptrainingen heb je echt wel wat anders aan je hoofd dan om je heen te kijken.

Ik denk dat het al met al gewoon het beste is dat de sprintploeg een eigen tijd krijgt op de trainingsavonden. Lekker na negen uur of voor zes uur. Hebben ze van niemand last en wat veel belangrijker is, heeft niemand last van hun.

Namens de niet sprintploeg,

Paul Hasselt

1) Twee mannen zijn aan het golfen als er vlak naast de green een begrafenisstoet voorbij komt. Een van de twee mannen neemt zijn pet af en houdt deze op zijn hart. Als de stoet voorbij is zegt zijn vriend: 'Goh, dat vind ik een mooi gebaar van je'. 'Tja', antwoordt de ander, 'dat was wel het minste wat ik voor haar kon doen na twintig jaar huwelijk'.

2) Prins Claus en Wim Kok zijn uitgenodigd op een diner in Engeland. De prins zit is om zich heen te kijken, en hij vindt de lepeltjes zo mooi. Dan denkt hij, dat lepeltje is voor mij. Hij wil het lepeltje pakken maar omdat hij zo trilt, slaat hij hem tegen z'n glas aan, en moet een speech houden. Toen dat een paar keer gebeurd was, zag hij dat Kok een lepeltje in z'n zak stopte. Hij sloeg dus weer tegen z'n glas aan, en zei: Moet u is kijken, ik doe dit lepeltje in mijn binnenzak, en haal hem er bij Wim Kok weer uit.

3) André Hazes heeft iet naars meegemaakt, hij brak zijn been! Dat is naar voor hem. Een groot voordeel voor hem, De slijter komt tegenwoordig ook aan de deur!!

4) Komt een dom blondje een dom blondje tegen. Zegt de ene tegen de andere: "jij bent echt dom".

5) The Microsoft Engineer: There are three engineers in a car: an electrical engineer, a chemical engineer and a Microsoft engineer. Suddenly the car just stops. The three engineers look at each other wondering what could be wrong. The electrical engineer suggests stripping down the electronics of the car and trying to trace where a fault might have occured. The chemical engineer, not knowing much about cars, suggests thet maybe the fuel is becoming emulsified and getting blocked somewhere. And then the Microsoft engineer, not knowing much about anything, comes up with a suggestion. 'Why don't we close all the windows, get out get back in, open the windows again and then I'm sure it'll work !!!'

6) Er accelereren twee nucleotronen door het Cycletron, zegt de ene tegen de andere: I think I've lost an electron. Waarop de ander vraagt: Are you sure??? Yes I'm positive!!

7) Je had een man die Van Leeuwen heette en een spijkerbedrijf had. Hij wou reclame maken voor spijkers dus ging hij naar het reclamebureau, en vroeg ‘kunnen jullie reclame maken voor m’n spijkers’? ‘Natuurlijk’, zeiden de mensen van het reclamebureau. Een maand later hing er in alle bushokjes van Amsterdam een grote poster met daarop Jezus aan het kruis en met grote letters daaronder: MET DE SPIJKERS VAN VAN LEEUWEN HANGT HIJ ER AL EEUWEN. ‘s Avonds ligt meneer Van Leeuwen in zijn bed en denkt dit kan niet dit is een te grove tekst. Dus de volgende dag gaat hij weer naar het reclamebureau en vraagt of ze geen andere tekst kunnen verzinnen. Natuurlijk zeiden zij. Een paar dagen later hing er weer een poster met weer het kruis van Jezus, maar nu met Jezus naast het kruis. Met weer een tekst erbij: JEZUS IS VAN HET KRUIS GEPLEURD; MET DE SPIJKERS VAN VAN LEEUWEN WAS DIT NIET GEBEURD.

8) Komt een man een kroeg binnen, gaat aan de bar zitten en besteld een biertje en zegt tegen de barkeeper ‘neem zelf ook wat en geef ook de anderen wat van mij te drinken’. Als 'ie z'n biertje op heeft, zegt 'ie weer: ‘een biertje voor mij, neem zelf ook wat en doe de rest in de kroeg ook wat van me te drinken.’ Dit gaat zo een tijdje door en iedereen krijgt telkens een drankje aangeboden van de man. De barkeeper maakt zich ondertussen flink zorgen of de rekening wordt betaald en maakt de balans op. Hij stapt naar de man toe en zegt ‘voordat je nou weer een rondje geeft wil ik eerst dat je tussentijds de rekening betaald’. ‘Oh’ zegt die man ‘ik heb helemaal geen geld bij me’. De barkeeper wordt ontzettend kwaad, sleurt die vent mee naar buiten en slaat 'm helemaal in elkaar. Een half uur later komt de man binnengestrompeld helemaal gehavend en onder het bloed. Hij klimt weer op z'n barkruk en zegt ‘een rondje voor de hele zaak, maar niet voor de barkeeper, want 'ie wordt er agressief van’!

SPIKES TE KOOP

Maat 36: 1/2 (4)

Kleur: wit

Merk: Adidas

Prijs in overleg

Patrick Fritzenwanker

Tel. 0299-479159

• Dokter P. Appelemans echt bestaat?
• Er sinds jaar en dag een Mexicano-menu met drie sauzen te koop is in de kantine?
• De cola- en fruitmatjes niet meer zo sterk van smaak zijn?
• Een nieuwe materiaalman/-vrouw heel hard nodig is?
• Er ook een tweede jury-coördinator nodig is?
• Jeroen maar wat aanmodderde in de modder van Opmeer?
• Marco daarom eerder bij de finish was?
• De lichtmasten ’s avonds na het trainen veel te lang door blijven branden?
• Rudi niet weet waar het kastje met de schakelaar zit?
• Er kaboutertjes zijn die het dumbell-rek in het krachthonk steeds verplaatsen?

• Feyenoord dit jaar geen kampioen gaat worden? (gemeld door zeer betrouwbare bron)

• Onze vereniging dit jaar maar liefst wel vijf Kerstkaarten gehad heeft.
• De limiet voor deelname aan de Olympische Spelen Sydney 2000 voor mannen 10.18 seconde is op de 100 meter?
• Deze limiet voor vrouwen staat op 11.20 seconde?
• Er nu een tafelvoetbalspel in de kantine staat?
• Michiel nu misschien ook ’s avonds even langskomt?
• Willemijn een biertje heeft gedronken met Soller?
• De ABAB Warandeloop in Tilburg was?
• Marcel ook een keer cola heeft gedronken in de kantine?
• De Magnum het minst verkochte ijsje is in de kantine?
• Thee goed helpt tegen wintertenen?
• Bob zonder gordel rondrijdt?

Door: Els Stolk, bondsarts KNAU

Er fijn vele vormen van epilepsie. De bekendste vorm van epilepsie (de "tonisch-clonische aanval") wordt in het taalgebruik met "vallende ziekte" aangeduid. Hierbij verliest de patiënt het bewustzijn en valt op de grond onder het plotseling onwillekeurig samentrekken van de spiergroepen. Vaak is ook de ademhaling onregelmatig en blazend waardoor de patiënt het "schuim op de lippen" krijgt. Meestal is de aanval na één à twee minuten uitgewoed en wordt de ademhaling weer regelmatig. Vaak blijft de patiënt nog enkele minuten buiten kennis.

Er fijn echter nog andere vormen van epilepsie. Bij de "absence" onderbreekt de patiënt plotseling de activiteiten waarmee hij bezig was en is niet aanspreekbaar. Na enige tijd hervat de patiënt zijn activiteiten net zo plotseling als de aanval is begonnen en kan zich niets van de aanval herinneren. De "partiële vorm" van epilepsie kan zich op velerlei wijze uiten. Veelal staat één symptoom op de voorgrond zoals een slaande beweging van de arm of, wanneer het bewustzijn is veranderd, het doelloos rondlopen of het uitvoeren van bepaalde handelingen door de patiënt.

Epilepsie kan door meerdere oorzaken ontstaan. Een aanleiding tot het ontstaan van epilepsie is doorgemaakt hersenletsel, zoals bijvoorbeeld kan ontstaan naar aanleiding van een moeilijke geboorte of naar aanleiding van een ernstige hersenschudding of hersenbloeding. Met name bij de "absence" kan een bepaalde erfelijkheid meespelen. Daarnaast is bekend dat de aanval bij sommige patiënten uitgelokt wordt door bepaalde omstandigheden. De aanval kan bijvoorbeeld optreden bij hyperventilatie, bij slaaptekort of ten gevolge van stroboscopisch licht. Recentelijk is er in de kranten nog voor gewaarschuwd dat het gebruik van computerspelletjes bij sommige patiënten een aanval kan uitlokken!

Bij een grootste groep patiënten is echter geen oorzaak aantoonbaar.

Van de Nederlandse bevolking heeft naar schatting 0.5 % een vorm van epilepsie. Bij het overgrote deel van de patiënten is dit voor het twintigste levensjaar al bekend. De diagnose wordt gesteld aan de hand van het verhaal van het klinisch beeld en aan de hand van het vervaardigen van een EEG (electro encefalogram) waarbij de, bij epilepsie gestoorde, electrische activiteit van de hersenen wordt geregistreerd. Bij de behandeling wordt ernaar gestreefd om de aanvallen te voorkomen of de frequentie en ernst van de aanvallen te verminderen. Vaak wordt hiervoor gebruik gemaakt van medicijnen (anti-epileptica), soms van een operatie. Bij de meerderheid van de patiénten lukt het op deze manier om de

aanvallen te voorkomen. De medicijnen moeten meestal wel levenslang gebruikt worden. Helaas hebben de medicijnen die voorgeschreven worden vaak bijwerkingen zoals sufheid, verlies van coördinatie, vermoeidheid, geheugen- en concentratieverlies. Autorijden terwijl deze medicijnen geslikt worden is bijvoorbeeld verboden.

Het houdt dus nogal wat in om epilepsie te hebben. Is sportbeoefening door een epilepsie patiënt wel mogelijk?

Tot voor 20 jaar geleden gaven artsen vaak het advies aan mensen met epilepsie om het vooral zo rustig mogelijk aan te doem Gelukkig s daar verandering in gekomen en blijken de meeste sporten tot de mogelijkheden te behoren. Toch worden sommige "gevaren-sporten" zoals bergbeklimmen, zweefvliegen, parachutespringen, duiken en motoracen nog sterk ontraden of zelfs verboden. Bij sporten waarbij verdrinking kan optreden (b.v. zwemmen, kano-varen) wordt aangeraden om uit voorzorg een zwemvest te dragen of deze sporten alleen onder begeleiding te beoefenen. Daarnaast is er nog een aantal sporten waarbij een (aan-)val meer of minder ernstige gevolgen kan hebben, zoals schaatsen en trampolinespringen. In de atletiek moet hierbij gedacht worden aan krachttraining met losse halters en polsstokhoogspringen! Bij deze sporten zal per individu gekeken moeten worden wat het sportadvies luidt!

Natuurlijk brengt een aanval van epilepsie, die gepaard gaat met een veranderd bewustzijn of met onwillekeurige spiertrekkingen, reëel gevaar met zich mee. In de praktijk blijkt dit echter wel mee te vallen en blijken de mensen die in het dagelijks leven (nagenoeg) aanvalsvrij zijn, geen verhoogd risico op sportletsel te lopen. Door het gebruik van de anti-epileptische medicijnen kunnen echter bijwerkingen optreden (sufheid, verlies van coördinatie en vermoeidheid) die het beoefenen van sporten waarbij het coördinatie- en reactievermogen van belang zijn. Denk hierbij maar aan de technische atletieknummers!

Bij onderzoek is aangetoond dat tijdens de sportbeoefening in het algemeen de kans op een epileptische aanval verminderd is. Dit is dus gunstig, maar helaas treden aanvallen juist weer vaker op in de herstelfase na de sportbeoefening. Daarnaast kunnen er tevens een aantal algemene factoren bij sporten genoemd worden die een aanval van epilepsie kunnen uitlokken:

• Stress, wat kan ontstaan bij wedstrijdsportbeoefening.

• Een verhoogde lichaamstemperatuur, wat kan ontstaan bij duurinspanning (in warme en vochtige omstandigheden).

Om een verhoogde lichaamstemperatuur te voorkomen, is het van belang om voldoende te drinken (te controleren aan lichaamsgewicht voor- en na de duurinspanning). Er wordt echter voor gewaarschuwd om niet te veel te drinken, aangezien dit juist weer de kans op een epileptische aanval vergroot.

• Een te laag bloedsuikergehalte, wat eveneens kan ontstaan ten gevolge van duurinspanning waarbij onvoldoende wordt gegeten.

• Vermoeidheid. Waarschijnlijk is er geen verhoogde kans op een epilepsie-aanval door de (over)vermoeidheid ten gevolge van de training, maar wel door (over-)vermoeidheid die ontstaat ten gevolge van slaaponthouding.

De kans op een epileptische aanval wordt verhoogd door hyperventilatie, maar niet door het vaker en dieper in- en uitademen als fysiologische reactie op lichamelijk inspanning.

Sportbeoefening is een belangrijke vrijetijdsbesteding in onze westerse maatschappij. Het belang voor epilepsie-patiënten wordt tegenwoordig ingezien. Afhankelijk van de bijwerkingen van de voorgeschreven medicijnen en van de frequentie en vorm van de aanvallen, blijkt het vaak goed mogelijk om te sporten. In de atletieksituatie kunnen de technische nummers minder geschikt fijn als er veel bijwerkingen van de medicijnen zijn, terwijl er extra voorzichtigheid geboden moet worden bij de nummers waarbij een (aan-)val grote gevolgen kan hebben (krachttraining met een losse halter en polsstokhoogspringen).

Een van de meest voorkomende overbelastingsblessures bij lopen, zijn de scheenbeenklachten. Andere benamingen voor deze aandoening zijn onder meer 'shin splints', 'springschenen', 'periostitis' of 'beenvliesontsteking'. De pijnklachten bevinden zich over het algemeen op de overgang van het middelste naar het onderste 1/3 deel van het onderbeen. Vaak zijn ook de kuitspieren aan de binnenzijde van de kuit stijf en pijnlijk. In de beginfase is de pijn tijdens en na sportbeoefening vaak wel te dragen. Als er, zonder maatregelen te treffen 'gewoon' doorgetraind wordt, kan de pijn tijdens lopen en springen dusdanig toenemen dat sporten onmogelijk wordt. In dit stadium zal vaak ook pijn gevoeld worden in het dagelijks leven, bijvoorbeeld bij hard de trap af lopen.

Meestal is een samenspel van factoren verantwoordelijk voor het ontstaan van de klachten.

• In een korte tijd te veel, te vaak en te snel lopen of springen. Met name aan het begin van het seizoen of na een blessureperiode wordt deze fout vaak gemaakt.

• Eenzijdige trainingsvormen, met name heuveltraining en sprongkrachttraining, zijn berucht.

• Lopen op een harde ondergrond (asfalt, beton) in combinatie met slecht schokabsorberend en ondersteunend schoeisel. Spikes zijn berucht!

• Aanwezigheid van sportrelevante afwijkingen, zoals een beenlengteverschil, (geringe) standafwijkingen van de voeten (knik-platvoeten, holvoeten) of een tekort aan spierkracht van de voet- en kuitspieren.

Om deze blessure te voorkomen, is het raadzaam om onderstaande 'preventietips' na te leven bij het sporten.

• Warming up

Doe een goede warming-up. Loop vijf à tien minuten rustig in en voer daarna in ieder geval de aangegeven rekkingoefeningen uit. Let goed op de aangegeven uitgangshouding en de wijze waarop de rekkingoefeningen moeten worden uitgevoerd. Bij het uitvoeren van de rekkingoefeningen mag geen pijn optreden. Hou de rekkingoefeningen zo'n vijftien é twintig seconden vol en herhaal iedere oefening twee tot drie maal per been.

• Goede trainingsopbouw

Zorg voor een goede trainingsopbouw. Verhoog de intensiteit en de omvang van de trainingen niet te snel. Als je de training wilt uitbouwen, verleng dan eerst de duur van de trainingen en pas later het tempo. Ook na een blessure- of ziekteperiode moet de training weer (zeer) geleidelijk tot het oude niveau worden opgevoerd. Voorkom eenzijdige (sprongkracht)trainingsvormen.

• Ondergrond

Vermijd langdurig lopen of springen op een harde ondergrond. Loop en spring liever op een zachte ondergrond (gras, bos).

• Spierversterkende oefeningen

Voor alle atleten look voor lopers) is het belangrijk om over een basisniveau aan kracht(uithoudingsvermogen) te beschikken. Vraag je trainer een algemeen spierversterkend oefenprogramma voor je op te stellen, bijvoorbeeld met handhaltertjes of in circuit trainingsvorm. Besteed in ieder gevalaandacht aan spierversterking voor de voetspieren, de 'voetheflers' en de kuitspieren. De voetheflers kan je bijvoorbeeld trainen door 'op je hakken' te lopen, waarbij je je voorvoeten zoveel mogelijk omhoog houdt. De kuitspieren kun je trainen door met je voorvoeten op een verhoging te gaan staan (bijvoorbeeld een traptrede). 'Zak' beheerst met de hakken omlaag en kom vanuit deze stand beheerst omhoog tot op je voorvoeten. Herhaal de oefening, nadat je weer beheerst de uitgangshouding hebt aangenomen.

• Goede techniek

Probeer met de juiste techniek te lopen, waarbij de voeten recht naar voren wijzen, op de buitenkant van de hak wordt geland en de voet over de binnenzijde van de bal van de voet afgewikkeld wordt.

• Sportschoenen

Draag soepele en goed passende sportschoenen met een schokdempende zool en een goede ondersteuning van de hiel en voetboog. Wanneer de voeten de neiging vertonen bij de afwikkeling te veel naar binnen weg te zakken ('overpronatie'), gebruik dan schoenen die dat tegengaan. Een goede sportspeciaalzaak kan hierover adviseren. Realiseer je dat de meeste spikes geen enkele schokdemping of ondersteuning geven. Train dus zoveel mogelijk op je gewone sportschoenen. Overweeg de aanschaf van trainingspikes die wel een zooltje hebben.

• Cooling-down

De beschreven rekkingoefeningen moeten ook worden uitgevoerd in de cooling-down na iedere wedstrijd of training. De cooling-down kan verder bestaan uit rustig uitlopen en enkele losmakende, ontspannende oefeningen.

Wees alen op het begin van de pijnklachten. Een zeurende pijn tijdens of vlak na sportbeoefening is niet normaal! 'Door de pijn heen lopen', leidt van kwaad tot erger. Een scheenbeenklacht kan het begin zijn van een vermoeidheidsbreukje in het scheenbeen! Volg, om erger te voorkomen, al in het beginstadium, de hieronderstaande regels op.

• Voer bovenstaande preventietips uit

Voer (alsnog) bovenstaande preventietips uit.

• Pas de training aan

Vaak kan het tijdig aanpassen of stoppen van belastende trainingsvormen al voldoende zijn om een beginnende blessure te laten genezen. Denk hierbij aan vermindering van de snelheidstraining en aanpassing van de ondergrond of schoeisel (spikes!) waarop getraind wordt. Vaak kun je toch nog goed in conditie blijven door andere bewegingsvormen op te zoeken waarbij de kuitspieren en het scheenbeen niet te zwaar belast wordt zoals fietsen, Aqua Joggen of steppen.

• Koelen

Als de blessure in een beginstadium verkeert, koel het scheenbeen dan na de training zo’n vijftien minuten met ijs. Dit kan het beste door met een ijsblokje langs de pijnlijke plek te masseren. Herhaal deze ijsmassage zo'n drie tot vijf keer per dag. Ook als de blessure langer bestaat, kan het nuttig zijn om het scheenbeen meerdere keren op een dag te koelen.

• Massage

Als de kuitspieren stijf zijn, laat dan deze spieren masseren.

• Vraag sportmedisch advies

Als bovenstaande maatregelen niet binnen twee tot vier weken leiden tot een duidelijke vermindering van de klachten, ga dan naar de huisarts of sportarts, werkzaam in het ziekenhuis of op het Sportmedisch Adviescentrum (SMA). Deze kan dan beoordelen of fysiotherapeutische behandeling of het aanschaffen van nieuwe sportschoenen of het laten aanmeten van sportsteunzolen door een orthopedisch schoenmaker voor jou zinvol is.

Hierbij alvast de aankondiging van een jaarlijks terugkerend hardloopevenement in Monster

http://members.tripod.lycos.nl/janzuidema/olsthoorn2000.html .

Op het programma staan:

1600 meter jeugdloop t/m 12 jaar 13:15 uur

6,9 kilometer trimloop 14:00 uur

11,3 kilometer trimloop 14:00 uur

21,1 kilometer prestatieloop 14:00 uur

21,1 kilometer wedstrijdloop 14:00 uur.

Jan Zuidema

Echt indoor-weer, d.w.z. wind, regen en kou: lekker de zaal in!

Een mooie lokatie, sporthal de Hoornse Vaart.

Sprinten over de diagonaal van de zaal, hoogspringen en kogelstoten waren de onderdelen en geen lange afstand dit keer. Martijn, Wout, Jesse en Tijmen waren de Nea-atleten die meededen. De prestaties waren zeer behoorlijk.

Bij de jongens D2 was de concurrentie groot en de kans op een podiumplek dito klein. Des te groter de prestatie van Wout: de eerste plek met o.a. 1.50 hoog: prima! Ook Martijn liet zich niet onbetuigd, sprong 1.40 en had een goede sprint: een nette 5e stek.

Jesse en Tijmen sprongen beiden 1.30 hoog, 5 cm hoger dan een paar weken geleden! Het sprinten viel wat tegen, maar kogel ging weer goed, een teken dat de heren aan de 3 kg beginnen te wennen. Jesse behaalde een keurige 6e plaats en Tijmen boekte een bronzen plak.

Een leuke dag!

Groeten, Kees Meijer.

De eerste crosscompetitiewedstrijd vond plaats in Castricum op 20 november. Er waren maar twee inschrijvingen in deze categorie: twee jongens A die de eervolle plaatsen van 5e en 9e behaalden op een parcours van 3000 meter:

Persijn Berende in 10.26 minuut, en

Matthieu Spekkers in 10.59 minuut.

Een mooie prestatie en een mooi voorbeeld van doorzettiingsvermogen.

Daar gaat het vaak over: dat je ondanks de slechte weersomstandigheden in de winter de wil toont om een lange afstand te belopen.

Vorig seizoen ging er nog een ploeg junioren C (die nu junioren B zijn) naar de competitiefinale. Waar zijn zij gebleven, die lopers? In het winterseizoen worden in die leeftijdscategorie weinig indoorwedstrijden aangeboden. Tijd genoeg om een, twee of drie keer naast je training mee te doen aan een crosswedstrijd. Goed voor je conditie!!!

Op 12 februari is de tweede crosscompetitiewedstrijd in Monnickendam. Wie heeft de moed om de kleuren van NEA te verdedigen? Ik ben benieuwd naar de inschrijvingen voor de wedstrijd!

Ik wens iedereen, crossloper of niet, een gezond en sportief 2000 !!!

Sylviane Ballestra

4. Tijmen Meijer

kogel 6.80 (354)

hoog 1.25 (426)

50 meter 7.7 (507)

TOTAAL 1287 punten

600 meter 2.11

5. Jesse May

kogel 6.79 (353)

hoog 1.25 (426)

50 meter 7.9 (466)

TOTAAL 1245 punten

600 meter 2.18

11. Rogier van Olffen

kogel 6.14 (315)

hoog 1.20 (389)

50 meter 7.5 (549)

TOTAAL 1253 punten

14. Mike Hoffmeister

kogel 6.53 (338)

hoog 1.10 (316)

50 meter 7.9 (466)

TOTAAL 1120 punten

3. Dianthe Huis

kogel 8.85 (466)

ver 4.42 (502)

50 meter 7.2 (617)

TOTAAL 1585 punten

10. Kyoma Wang

kogel 8.94 (470)

ver 4.00 (418)

50 meter 7.5 (549)

TOTAAL 1437 punten

16. Boudine Bouma

kogel 6.90 (360)

ver 3.78 (374)

50 meter 7.6 (528)

TOTAAL 1262 punten

600 meter 2.05

18. Marit van Aggele

kogel 7.26 (380)

ver 3.40 (298)

50 meter 7.9 (466)

TOTAAL 1144 punten

19. Moira Dieters

kogel 7.54 (396)

ver 3.44 (306)

50 meter 8.2 (409)

TOTAAL 1111 punten

4. Ruben Maas 8.09

11. Fardo Berende 8.39

31. Jasper Duivenvoorden 10.54

3. Wout van Wengerden 7.43

5. Persijn Berende 10.26

9. Matthieu Spekkers 10.59

6. Debby Hartog 6.40

15. Danielle Luppers 7.05

20. Michelle de Graaf 7.26

21. Katja Dirksen 7.39

24. Roxanne Waernes 7.47

28. Claudia Schmitz 8.10

38. Matthieu Spekkers 23.21

3. Tijmen Meijer

40 meter 6.4 (535)

hoog 1.30 (462)

kogel 7.41 (389)

TOTAAL 1386 punten

6. Jesse May

40 meter 6.7 (465)

hoog 1.30 (462)

kogel 6.63 (344)

TOTAAL 1271 punten

1. Wout van Wengerden

40 meter 6.2 (586)

hoog 1.50 (623)

kogel 9.20 (483)

TOTAAL 1692 punten

5. Martijn Bartelson

40 meter 6.1 (612)

hoog 1.40 (541)

kogel 7.14 (374)

TOTAAL 1527 punten

Binnen de regio hebben de verenigingen gekozen om in het jaar 2000 de pupillencompetitie iets te wijzigen. Tot op heden was het zo dat er drie voorronden waren en een regiofinale waar je je als ploeg voor moest plaatsen. Er lag al een idee om samen met twee andere regio’s t.w. Kennemerland en Noord Holland Noord een interregionale finale te organiseren. Dit laatste gaat ook gebeuren en wel op 16 september 2000 in het olympisch stadion te Amsterdam. Onze eigen regiofinale stond oorspronkelijk gepland op 22 september 2000. Deze komt voor 2000 te vervallen, dit zou dan mosterd na de maaltijd zijn. Voor 2001 gaan we wel weer drie voorronden houden plus een regiofinale en een interregionale finale.

Een tweede wijziging die gaat plaats vinden is dat er in de finale ook voor de deelnemers een individueel klassement gaat komen. Hierdoor is het mogelijk dat kleine verenigingen die niet een complete ploeg kunnen samenstellen ook deelnemers in de finale hebben. Diegene die hieraan mogen deelnemen moeten zich via de voorrondes plaatsen. De deelnemers van de geplaatste ploegen doen hier altijd aan mee.

Hiermee hopen de verenigingen de pupillencompetitie nog aantrekkelijker te maken.

Dirk van Lier, KNAU vertegenwoordiging.

14. Olav Harmelwaard 4.51

16. Jerry Melis 4.55

25. Huub Groenestein 5.15

28. Robin Anjema 5.29

41. Niels de Vries 6.08

9. Ramon Woldendorp 6.04

17. Tessa v.d. Ven 5.17

5. Joelle Walgers 4.32

11. Linda Vanwersch 4.50

12. Sharon Schoof 4.56

16. Carla Koning 5.05

19. Krizia de Groot 5.20

20. Bianca Reuver 5.21

24. Romy Lieder 5.45

25. Damaris de Graaf 5.51

2. Lisanne Schol 4.33

5. Maxime v. Roode 4.43

10. Priscilla Schoof 4.54

11. Lisette Guit 4.55

14. Sanne Brands 5.03

18. Tanja Reuver 5.23

19. Michelle Edel 5.28

20. Marlies Haubrich 5.56

3. Jeske Walgers 5.21

2 januari: Monique Smit

4 januari: Huub Groenestein

5 januari: Bren Simon

11 januari: Carla de Koning

17 januari: Joëlle Walgers

22 januari: Michelle Edel

26 januari: Nick Hermans

Allemaal een fijne dag gewenst en nog vele sportieve jaren!